Acromioclaviculaire luxatie


Wat is het?

Het acromioclaviculair gewricht is het gewricht tussen het acromion (dakje van de schouder) en de clavicula (sleutelbeen). Dit gewricht wordt gestabiliseerd door verschillende ligamenten. Bij een val op de schouder, kunnen deze ligamenten afscheuren, waardoor het sleutelbeen hoger komt te staan dan het acromion. Dit wordt een AC (acromioclaviculaire) luxatie genoemd.

Klachten

Een AC luxatie veroorzaakt pijn. Door deze pijn kan het ook moeilijk of zelfs onmogelijk zijn om de arm op te heffen. De hoogstand van het sleutelbeen kan som opvallend zijn, maar soms ook subtiel.

Diagnose

De diagnose wordt gesteld op basis van het klinisch onderzoek en de RX opnames. Op basis hiervan wordt de AC luxatie onderverdeeld in 6 gradaties. 

Behandeling

Bij een graad I en II luxatie zal er conservatief behandeld worden. Dit bestaat in eerste instantie uit relatieve rust met draagdoek en pijnstilling. De schouder mag binnen de pijngens bewogen worden. Normaliter zal de pijn op deze manier volledig verdwijnen. Bij persisterende pijn na enkele maanden kan een infiltratie overwogen worden.

Bij een graad IV tot VI zal er bijna altijd operatief behandeld worden. Dit wordt een AC stabilisatie genoemd. 

Bij een graad III luxatie kan zowel conservatief als operatief behandeld worden. Dit is afhankelijk van de pijn, leeftijd en activiteitsniveau. De voor-en nadelen van beide behandelingen zullen door de arts met u besproken worden, alsook de revalidatie.