De revalidatieperiode is grofweg te verdelen in drie perioden.
Eerste periode (van 0 - 6 weken)
Deze eerste weken zijn gericht op het herstel na de operatie. In deze periode wordt een beschermende brace gedragen. De aandacht is gericht op het genezen van de wonde, het (voorzichtig) omgaan met de knie en de beweeglijkheid en belasting van uw knie. Aan het einde van deze periode kan de knie van 0 graden (= strekstand) tot ongeveer 120 graden buigen met volledige belasting (zonder krukken).
Tweede periode (6 - 12 weken)
In deze periode wordt de knie steds meer gebruikt. Traplopen, hurken en buiten fietsen worden geoefend. Aan het eind van deze periode wordt gestart met joggen in een rechte lijn. Als deze activiteiten zonder pijn en zwelling kunnen worden uitgevoerd, worden de oefeningen uitgebreid.
Let op: in deze tweede periode is de nieuwe kruisband op zijn zwakst. De knie funcioneert normaal, maar onverwachte bewegingen met de knie dienen te worden gemeden.
Derde periode (na 12 weken)
Na 12 weken wordt het oefenen geïntensifieerd. Fietsen wordt uitgebreid en lopen wordt gestart . Dit wordt progressief en onder toezicht van de kinesist opgebouwd.
Na 7 tot 9 maanden is de nieuwe kruisband volledig ingegroeid in de knie en kan maximale belasting toegestaan worden